Kilometervreter Anton-Jan Thijssen: “Binnen een jaar liep ik langs de hele grens van Nederland”

“In mijn studententijd liep ik af en toe een rondje, maar ik ben zo’n vier jaar geleden pas écht begonnen met hardlopen”, vertelt Anton-Jan. “Ik was 20 kilo te zwaar en kreeg daar last van in m’n lijf en humeur. Via Stadswild ben ik fit geworden, daarna heb ik een jaar lang allemaal obstacle- en mudraces gedaan. Daaruit is de liefde voor lopen opnieuw geboren.”
Nieuwe plekken ontdekken
“Ik loop graag hard omdat ik het leuk en lekker vind, omdat ik zo nieuwe plekken ontdek (in en rond m’n eigen stad en in de rest van de wereld), omdat het goed voor me is, omdat m’n hoofd daardoor af en toe lekker kan leeglopen, en niet in de laatste plaats omdat ik tijdens het lopen ook nog tijd heb om bij te praten met oude en nieuwe vrienden.”
Langs de rand van Nederland
Een aantal van die nieuwe vrienden leerde Anton-Jan kennen in 2015, toen hij op #DeRandvanhetLand liep. “Binnen een jaar de gehele grens van Nederland rond; de grens met het water, België en Duitsland. In totaal was het zo’n 2.750 kilometer, in 61 etappes. De langste etappe die ik hardliep was 101 kilometer, de kortste 10 meter.”
Op de grens
“Tijdens #DeRandvanhetLand ging ik ‘op zoek naar de grenzen van ons land, en onszelf’. Samen met andere lopers (die ik soms wel, soms niet van tevoren kende) ging ik op zoek naar verhalen ‘op de grens’. Ik schreef erover op www.derandvanhetland.nl en ben op dit moment met een boek bezig. Ik heb ontdekt hoe mooi Nederland is, hoe fijn het is om de deur uit te gaan en dat te ontdekken én hoe belangrijk het is dat je de geschiedenis van onze grenzen kent; al is het maar om anders naar de grensproblematiek van nu te kijken.”
Geen week zonder lopen
Het fanatisme van Anton-Jan gaat op en af, zegt hij zelf. “Vorig jaar liep ik dus elke week minimaal een marathonafstand, vaak zelfs meer. Het jaar daarvoor trainde ik me suf om mee te kunnen doen aan een 55 kilometer lange bergtrail op de flanken van de Mont Blanc. Dit jaar deed ik het een paar maanden wat rustiger aan, ik bouw mijn training nu weer op. Maar een week zonder lopen, dat sowieso nooit.”
Chocolade en cola
Ook wat gezond leven rondom het hardlopen betreft gaat het bij Anton-Jan op en af, afhankelijk van zijn doel. “Op #DeRandvanhetLand liep ik conform mijn eigen Scarface Dieet: Tony & Coke. Chocolade en een blikje cola onderweg, samen met veel water en heel af en toe een gelletje. Bij de finish dronken we altijd een finishbiertje. Train ik voor een bergtrail, dan ben ik doordeweeks wat strenger met eten. Oh, en rust, het belangrijkste wat er is. Heb ik totaal geen moeite meer mee.”
"Bij de finish dronken we altijd een finishbiertje."
Nieuwe doelen
Nieuwe loopdoelen zijn inmiddels alweer gesteld. “Die bergrace, waarvan ik ooit zei dat het mijn max was, daar ga ik naar terug. Niet voor de 55 kilometer, maar voor de 100 kilometer. Hij staat, mits ingeloot, voor volgend jaar op de kalender. Dat betekent dat ik me dit jaar moet kwalificeren en bij 50-80 kilometer trailruns mijn punten moet halen. Omdat ik vreemd genoeg nog nooit een marathonwedstrijd heb gelopen, heb ik die als training voor de bergrace ook maar eens op de agenda gezet. Na de zomer, in Frankfurt. Ik ga niet voor een wereldtijd, maar zou wel graag makkelijk onder de 3 uur en 30 minuten lopen.”
45 Miles
Over zijn mooiste hardloopervaring tot nu toe hoeft Anton-Jan niet lang na te denken. “Finishen op #DeRandvanhetLand, afgelopen 19 december in Scheveningen. Ik liep 45 Miles op het strand, vanuit het thema ‘Another 45 Miles’ (van het Golden Earring-nummer: Another 45 Miles to go, another 45 Miles before I’m home). De hele dag liepen er mensen mee, bij de finish stonden m’n gezin, vrienden en familie én de bassist van de Golden Earring. Onvergetelijk. De mooiste hardloopervaringen ‘door het jaar heen’, kleine ‘runner’s high-momenten’, zijn bijna altijd op mijn drie favoriete looplocaties: in de Kennemerduinen, aan het IJmeer of in de bergen bij Ftan (Graubunden). Op die laatste plek ga ik volgende week het laatste deel van mijn boek schrijven. En natuurlijk veel lopen. Magisch.”