Burpees: train meerdere spiergroepen met één oefening
Je kunt de burpee zien als een uitgebreide variant van de squat. Bij deze oefening train je niet alleen je benen, billen en buikspieren (zoals bij de squat), maar ook je armen, rug en borst. Ook levert het een positieve bijdrage aan de conditie en verbrand je lichaamsvet. Bijkomend voordeel is dat je geen dumbbells nodig hebt; je kunt het af met je eigen lichaamsgewicht. Het komt in de buurt van een fullbodyworkout. Wanneer de conditie van verschillende spiergroepen in je lichaam verbetert, presteer je als hardloper ook beter.
Burpees doe je zo
De burpee is een explosieve oefening. Met het oog op het voorkomen van blessures is het van belang de training met de juiste techniek uit te voeren. Je begint de burpee in een rechte houding. Vervolgens buig je de knieën en strek je de armen naar voren, zoals je doet bij een squat. Voorzichtig breng je je handen daarna naar de vloer en je benen naar achteren, zodat je in de plankhouding terechtkomt. Vervolgens doe je één push-up. Probeer met je lichaam nét niet de grond te raken. Tot slot breng je de voeten met een sprong of met stapjes naar voren en maak je een sprong. Zwaai hierbij ook je armen de lucht in. Ben je van plan meerdere burpees te doen, zak dan na de sprong gelijk weer in de squathouding.
Beginnende sporters kunnen starten met een sessie van driemaal zes burpees. Gaat dit goed, dan verhoog je het aantal burpees naar bijvoorbeeld acht of tien per sessie. Wil je eens rustig bestuderen hoe een burpee er in de praktijk uitziet? Bekijk dan de tutorial in het filmpje.